Wat is Reprobel?

Reprobel is een beheersvennootschap

 

Een beheersvennootschap is een specifiek type vennootschap (in het geval van Reprobel: een CV) die auteurs- en wettelijke vergoedingsrechten beheert voor een welbepaalde groep rechthebbenden. Een rechthebbende bij Reprobel is de persoon die een auteursrechtelijk beschermd werk heeft gemaakt (de auteur dus) of die via een overeenkomst exploitatierechten op dit werk heeft verworven (bv. een uitgever of een beheersvennootschap). Reprobel is dus geen overheidsinstelling maar een privé-vennootschap, weliswaar met een specifieke opdracht en met een inningsopdracht voor de wettelijke vergoedingen die ze beheert.

 

De statuten van Reprobel vindt u hier. Daarnaast heeft Reprobel een reeks andere organieke documenten, zoals een algemeen reglement, een huishoudelijk reglement van de verdelingscolleges (Auteurscollege en Uitgeverscollege), verdelingsregels, innings- en tariferingsregels etc.

 

De Controledienst van de beheersvennootschappen bij de FOD Economie waakt erover dat Reprobel de wet en haar organieke documenten respecteert, en dat haar tarieven objectief zijn.

 

Beheersvennootschappen zoals Reprobel zijn vergund door de bevoegde minister (van economie) en werken onder het toezicht van de Controledienst en van een commissaris-revisor. Ze opereren in een strikt regelgevend kader, met name op het stuk van hun organisatie, interne en externe controle, transparantie en boekhoudnormen. Hun inningen en verdelingen moeten gebaseerd zijn op niet-discriminerende criteria. Dat betekent bv. dat ondernemingen van eenzelfde grootte en sector in principe op een gelijkaardige manier moeten worden behandeld, en dat afwijkingen moeten kunnen worden gemotiveerd. De licentietarieven van beheersvennootschappen moeten objectief zijn en verband houden met de economische waarde van zowel de handelingen waarop de licentie betrekking heeft als hun beheersdiensten.

 

Als u een klacht heeft over Reprobel, dan kunt u die indienen bij de Controledienst of gebruik maken van onze interne klachtenprocedure.

 

Beheersvennootschappen worden gecontroleerd door de rechthebbenden die ze vertegenwoordigen. In het geval van Reprobel zijn haar vennoten en bestuurders haar leden-beheersvennootschappen van auteurs en van uitgevers.

Reprobel vertegenwoordigt auteurs en uitgevers

(en soms ook andere rechthebbenden)

 

Reprobel vertegenwoordigt auteurs en uitgevers voor alle vergoedingen die ze int. Reprobel heeft vijftien leden-beheersvennootschappen van auteurs en uitgevers, die elk een specifieke activiteit of sector vertegenwoordigen. Via haar leden-beheersvennootschappen vertegenwoordigt Reprobel naar schatting 99% van alle Belgische auteurs en uitgevers van literaire, informatieve, educatieve, wetenschappelijke en professionele boeken en tijdschriften, persartikelen, foto’s, illustraties en andere visuele werken, en muziekwerken (exclusief partituren). Via meer dan 35 representatie-overeenkomsten vertegenwoordigt Reprobel ook een omvangrijk buitenlands repertoire van auteurs en uitgevers, dat stapsgewijs wordt uitgebreid met digitaal hergebruik in de private en de publieke sector

 

In het kader van sommige wettelijke vergoedingsregelingen (onderwijs/wetenschappelijk onderzoek en openbaar leenrecht) vertegenwoordigt Reprobel naast auteurs en uitgevers wettelijk ook andere rechthebbenden, met name van audiovisuele en geluidswerken. Reprobel treedt in dit geval op met het mandaat van Auvibel.

Auteursrechten en wettelijke vergoedingsrechten

 

Het auteursrecht is niet zoals andere intellectuele rechten waarbij het recht pas ontstaat na een registratie of een depot. Auteursrechtelijke bescherming kleeft immers van nature aan het werk. Vereist is alleen dat het werk ‘origineel’ is, wat betekent dat het het resultaat is van een creatieve of intellectuele inspanning en de persoonlijke stempel van de auteur draagt. Juridische originaliteit is echter niet hetzelfde als taalkundige originaliteit: ook een gortdroge wetenschappelijke tekst of een technische tekening kan dus auteursrechtelijk beschermd zijn.

 

Wanneer u bijvoorbeeld een fotokopie, een print, een scan of een digitale kopie neemt van een persartikel, een wetenschappelijk artikel, een hoofdstuk uit een schoolboek, een foto (autonoom of als deel van een boek), een cartoon, bronmateriaal uit een wetenschappelijke databank, een liedjestekst, enkele pagina’s uit een roman, of een gedicht, of wanneer u die werken op uw intern netwerk beschikbaar maakt, dan stelt u een auteursrechtelijk relevante handeling. De auteursrechtelijke bescherming geldt tot zeventig jaar na de dood van de (langstlevende) auteur.

 

De basisregel van het auteursrecht is dat de rechthebbende zelf beslist of en hoe zijn werk kan worden gereproduceerd, (her)gebruikt of verspreid, op papier of digitaal. Het is dan ook de rechthebbende die het tarief bepaalt voor het gebruik van zijn werk. Hij kan dat zelf doen maar ook via zijn uitgever of via een beheersvennootschap die een deel van zijn rechten beheert.

 

Op deze basisregel bestaan wel een aantal uitzonderingen. De wet kan immers bepalen dat een professionele gebruiker bepaalde handelingen mag stellen zonder de toestemming van de rechthebbende. Als daar een vergoeding tegenover staat, spreken we van een wettelijke vergoedingsregeling of een ‘wettelijke licentie’. Wettelijke licenties bestaan met name voor fotokopieën in de private en de publieke sector, voor papieren reproducties en bepaalde digitale handelingen in het onderwijs of voor wetenschappelijk onderzoek, en voor openbaar leenrecht. Het tarief van dit soort vergoedingen wordt door de wetgever of de bevoegde minister bepaald, en dus niet door de rechthebbenden. Ze blijven echter auteursrechtelijke vergoedingen, en zijn dus geen taks of belasting.

Waarvoor int Reprobel precies?

 

Reprobel int vergoedingen in het kader van de volgende wettelijke vergoedingsregelingen: de reprografievergoeding (private en publieke sector, fotokopieën) en de parallel ingestelde wettelijke uitgeversvergoeding (idem), de vergoeding voor onderwijs en wetenschappelijk onderzoek (fotokopieën, prints, welbepaalde digitale gebruiken) en de vergoeding voor openbaar leenrecht (openbare bibliotheken). Reprobel is door de minister aangesteld en heeft een wettelijke inningsopdracht voor elk van deze vergoedingen.

 

Daarnaast biedt Reprobel ook aanvullende licentieproducten aan op basis van een mandaat van haar rechthebbenden. Dat is het geval voor prints en voor digitaal hergebruik in de private en de publieke sector.

 

Meer informatie over deze vergoedingen en licentieproducten vindt u per sector op de homepagina.

Waar gaan de geïnde vergoedingen naartoe?

 

Na aftrek van haar beheerskosten en van wettelijk aan te leggen reserves en provisies, keert Reprobel alle geïnde vergoedingen uit aan de (beheersvennootschappen van de) rechthebbenden. Ze doet op basis van verdelingsregels, die de minister in sommige gevallen moet goedkeuren en die in elk geval door de wettelijke toezichthouder (de Controledienst voor de beheersvennootschappen bij de FOD Economie) worden nagezien. Reprobel int de vergoedingen dus niet voor zichzelf maar voor rekening van de rechthebbenden die ze vertegenwoordigt.

 

Reprobel keert de geïnde vergoedingen doorgaans niet rechtstreeks aan auteurs en uitgevers uit. Dit loopt in principe langs de leden-beheersvennootschappen, die elk over specifieke verdelingsregels beschikken die zijn aangepast aan de activiteit van hun rechthebbenden. In het Auteurscollege en het Uitgeverscollege van Reprobel – die autonoom van elkaar functioneren – beslissen de leden-beheersvennootschappen over de verdeling op het niveau van de categorieën van werk (auteurs) of dragers (uitgevers) en tussen de beheersvennootschappen in functie van hun repertoire. Ze doen dat op basis van studies en andere objectieve gegevens. In uitzonderlijke gevallen kan Reprobel ook rechtstreeks vergoedingen aan individuele auteurs of uitgevers uitkeren.

 

De wettelijke maximale doorlooptijd voor verdelingen en betalingen aan de (beheersvennootschappen van de) rechthebbenden is in principe negen maanden vanaf het afsluiten van het boekjaar waarin de vergoedingen werden geïnd. Als Reprobel deze doorlooptijd overschrijdt, dan rapporteert ze hierover in haar jaarverslag. Voor betalingen die Reprobel uit het buitenland ontvangt, geldt een specifieke maximale termijn van zes maanden vanaf de ontvangst van de betaling.

 

De vergoedingen die Reprobel int in de private en de publieke sector (zowel de wettelijke licentievergoedingen voor de fotokopieën als de gewone licentievergoedingen voor de prints en voor digitaal hergebruik) en de vergoedingen voor onderwijs en wetenschappelijk onderzoek komen bij helften toe aan auteurs en uitgevers. De vergoedingen voor openbaar leenrecht gaan voor 70% naar auteurs en voor 30% naar uitgevers.

 

Het aandeel voor de rechthebbenden van audiovisuele en geluidswerken is met het akkoord van de mandaatgever (Auvibel) objectief bepaald op 16,5% voor het openbaar leenrecht en op iets meer dan 3% voor onderwijs en wetenschappelijk onderzoek.

 

Een deel van de geïnde vergoedingen gaat naar buitenlandse auteurs en uitgevers. Hun werken en uitgaven worden immers ook in België gereproduceerd en verspreid. Andersom ontvangt Reprobel ook vergoedingen van buitenlandse beheersvennootschappen voor gebruik van werken en uitgaven van Belgische auteurs en uitgevers op hun grondgebied. Meer informatie over de internationale representatie-overeenkomsten van Reprobel vindt in het luik “Internationale werking”.

 

Reprobel streeft ernaar om haar beheerskosten zo beperkt mogelijk te houden, zodat de geïnde vergoedingen maximaal naar de rechthebbenden vloeien. Als ze voor een welbepaald boekjaar het wettelijke plafond voor de beheerskosten (15% op basis van de gemiddelde inningen in de laatste drie boekjaren) overschrijdt, dan motiveert ze deze overschrijding in haar jaarverslag.

 

U vindt alle informatie over inningen, verdelingen en beheerskosten in het luik “Financiële en wettelijke rapportering”.

Het Reprobel-team

 

In  juni 2022 is Jean-Paul Langhoor-Beitia aangesteld als Algemeen Directeur/CEO van Reprobel en Auvibel. Deze aanstelling kadert in de nauwe operationele samenwerking tussen Reprobel en Auvibel. Hierbij werken de 2 beheersvennootschappen verder onder éénzelfde Algemeen directeur/CEO, met een eengemaakte ploeg aan een efficiënte innings- en verdelingsopdracht van de privékopie-, reprografie-, digitaal hergebruik, openbaar leenrecht- en vergoeding voor onderwijs en wetenschappelijk onderzoek, ten bate van duizenden auteurs, scenaristen, regisseurs, journalisten, artiesten, kunstenaars, muziek- en filmproducenten, muzikanten, acteurs, fotografen en uitgevers van boeken, kranten, tijdschriften ….

 

De Raad van Bestuur heeft op de AV van juni 2022 Marc Hofkens (SEMU) verkozen als Voorzitter van de RvB en Walter Pintens (VEWA) als ondervoorzitter voor een mandaat van 3 jaar .

 

Het gezamenlijk directiecomité Reprobel-Auvibel bestaat uit Jean-Paul Langhoor-Beitia, Algemeen Directeur/CEO , Kurt Van Damme, Head of Sales, legal & international en Gabriela Radicev, Head of Finance.